Meesterproef

De op één na laatste vrijdag voor de zomervakantie was het zover: de kleuters van groep twee deden hun meesterproef! Stipt om half negen zat iedereen klaar. De ouders, met telefoons in de aanslag, dubbelgevouwen op kleuterstoeltjes in een kring achter de kinderen. De kinderen opgewonden wiebelend op de bankjes ervoor wachtend tot ze aan de beurt waren.

De afgelopen twee weken hadden we samen keihard gewerkt aan een poster over een zeedier. De afgelopen jaren is deze traditie er op onze school langzaam ‘ingeslopen’. Als afsluiting van het laatste thema van het schooljaar mochten de kinderen steeds ‘iets’ presenteren. Dit groeide uit tot een goed doordacht plan waarbij ik samen met mijn collega’s een format ontwikkelde, we thema’s kozen die uitnodigden tot onderzoek én (absolute voorwaarde!) waarover we veel geschikte (informatie)boeken konden vinden. En zo groeide het presenteren van ‘iets’ dit jaar uit tot een heuse meesterproef.

Wat was er veel werk verzet! Er werd eindeloos gesnuffeld in de informatieboeken. Dat snuffelen veranderde gaandeweg in gericht zoeken naar specifieke informatie over het gekozen dier. Begrippen als inhoudsopgave en paginanummer kregen betekenis en werden adequaat ingezet. Er werden geschikte illustraties gezocht en (op verzoek door mij) gekopieerd. Dieren, specifieke kenmerken van de dieren, voedsel, de leefomgeving, alles werd heel precies nagetekend. Er werd geschreven, symbolen werden geleerd en gebruikt (hoe maak je bijvoorbeeld duidelijk dat een dier mannelijke en vrouwelijk tegelijk is?). Ook dachten we na over wat écht belangrijke informatie was (wat moet zéker op de poster?) en wat is minder belangrijk en kan weggelaten worden? De zelfgeschreven woorden (de naam van het dier en soms ook andere informatie) controleerden we op foutjes met behulp van de teksten in de boeken. Ik besteedde daarnaast aandacht aan netjes werken, wel zo handig als anderen je poster gaan bekijken en jij wilt dat ze begrijpen wat je hebt getekend en geschreven.

En toen, na ruim een week hard werken iedereen een prachtige poster had gemaakt, was het tijd om te oefenen. Want hoe gaat dat eigenlijk in zijn werk, zo’n presentatie? Hoe begin je, hoe zorg je ervoor dat de toehoorders jou begrijpen? In de kring bedachten we samen mooie zinnen, was er aandacht voor stemvolume, houding en oogcontact. De dag voor de meesterproef werd er eindeloos en heel serieus geoefend. De kinderen van groep één waren het zeer geïnteresseerde publiek!

En nu was het dus zover! De posters over zeepaardjes, Portugese oorlogsschepen, zeenaaktslakken, witte haaien en reuzenmanta’s gingen gepresenteerd worden. Vol vertrouwen kwamen de kinderen om de beurt naar voren. Met rechte schouders en beide benen stevig op de grond vertelden ze zo trots als een pauw over hun dier.

De meesterproef: laten zien wat je kan en wat je geleerd hebt, laten zien hoe je gegroeid bent en dat je klaar bent voor een volgende stap. Ze deden het allemaal, op hun eigen manier en op hun eigen niveau. De meesterproef: een meesterlijke afsluiting van ons schooljaar!

Een boom opzetten

Een paar weken geleden, vlak nadat Sinterklaas weer naar Spanje vertrokken was, zette ik een boom op met mijn kleuters: de kerstboom welteverstaan! Omdat onze school het afgelopen jaar flink gegroeid is, waren er deze kerst meer bomen nodig. De oude schoven door naar de bovenbouw en wij kregen de nieuwe bomen.

Dus lag er op een ochtend een doos met een kerstboom op de tafel. Een doos met niet alleen een kerstboom maar ook een doos boordenvol rekenlessen!

Voordat de doos werd uitgepakt werden de pictogrammen aan de buitenkant van de doos bestudeerd en probeerden we te bedenken wat de betekenis ervan was. Sommige pictogrammen spraken voor zich, de getallen en symbolen werden snel herkend en het was meteen duidelijk wat er bedoeld werd.

Andere pictogrammen moesten wat uitgebreider bestudeerd worden en zorgden voor discussie. Mag je de boom nu wel of niet aanraken met je handen? De pijl wijst van de boom áf, maar er staat dan weer geen kruis door én het plaatje is groen. En groen staat voor ‘goed’ of ‘toegestaan’, daar hadden we al eens eerder over gesproken met elkaar. De kinderen probeerden de woorden die eronder stonden te lezen. Dat bleek nog een hele klus: het was in het Frans. Maar we lieten ons er niet onder krijgen: het woord ‘plastique’ begrepen we best en ‘2 parties’ was ook niet moeilijk!

Uit de doos kwam ook de gebruiksaanwijzing. Daar stonden veel kleine lettertjes op en ook veel ingewikkelde tekeningen. Maar ook hier lieten we ons niet uit het veld slaan en samen ontdekten we hoe we de plastic voet (pied de plastique!) in elkaar konden schuiven. Ook kwamen we erachter dat je de boom best met je handen aan mocht raken. De picto op de doos gecombineerd met de plaatjes van de gebruiksaanwijzing leerden ons dat we de takken van de boom met onze handen los moesten maken. En de pijl op de picto wees gewoon de richting aan.

Toen de boom stond werden de maten van de boom nog even opgenomen en vergeleken met wat er op de doos stond. Ook onze eigen maten werden opgemeten waarbij verschillende kleuters steeds even aanhaakten om mee te doen met de rekenlessen die zich bijna als vanzelf aandienden. En door geregeld vragen te stellen met de rekendoelen in mijn gedachten, kon ik de activiteit sturen en deden de kleuters ongemerkt eindeloos veel (reken)ervaringen op. Heel ‘gewoon’, tijdens het opzetten van een boompje.

Rekendruppels

De afgelopen week werden we tijdens het buiten spelen regelmatig overvallen door een flinke stortbui. Zo snel als ze kwamen, verdwenen ze ook weer. Sommigen kinderen schuilden tijdens zo’n bui even in het speelhuisje, anderen renden snel naar het halletje en bleven warm en droog wachten tot de bui over was. En een paar keer werden we aan het eind van zo’n bui ook nog getrakteerd op een mooie regenboog!

Na zo’n flinke bui druppelt het op ons plein nog een hele tijd na. Het grote balkon dat over de breedte van het hele plein hangt, is daar de oorzaak van.

Terwijl de kinderen tussen de druppels speelden, haalde ik een stapel emmers uit de schuur en deed ik voor hoe je ze in het emmertje kon opvangen. We kwamen emmers tekort want dit wilde iedereen wel!

Er werden druppels geteld, gekeken wie meer of minder had, in welke emmers de meeste druppels waren gevallen, in welke de minste. Er waren volle emmers, emmers die leeg waren of waar evenveel druppels in gevallen waren. Een volle emmer is zwaarder dan een lege emmer en een emmer zonder druppels weegt veel minder, die is licht. Er waren druppels die snel druppelden, je had langzame druppels, grote en kleine. Ontelbaar veel rekenbegrippen passeerden de revue.

Ik hou van buiten spelen. Buiten, waar een regenbui zomaar kan veranderen in een rekenles en regendruppels gewoon veranderen in rekendruppels!

Goed uit de verf komen

Schilderen in de kleuterklas is een geliefde bezigheid. Als leerkracht is het handig dat je je zaakjes rondom je schilderbord goed op orde hebt. Want schilderen is niet alleen maar schilderen. Het vraagt ook voorbereiding. Voorbereidingen die ik zelf kan treffen, maar die ook prachtige leermomenten kunnen zijn.

Dus leerde ik mijn kleuters vorige week hoe ze zelfstandig aan de slag kunnen bij het schilderbord. En wat leverde dat weer veel moois op!

Plannen (wat doe je eerst), organiseren (wat heb ik nodig, waar kan ik dat vinden), samenwerken (schort aantrekken), overleggen (over hoe je zo’n schort eigenlijk aantrekt), fijn-motorische oefeningen (plakband lospeuteren en afscheuren), schrijven (je eigen naam), doorzettingsvermogen (als de plakbandjes te kort zijn of niet meer plakken en je papier steeds valt) én je trots en competent voelen wanneer al die inspanningen niet voor niks zijn geweest en je zónder hulp van een volwassene gewoon aan de slag kunt!

Binnenkort leer ik ze hoe ze zelf de verfpotten kunnen bijvullen. En daarna hoe je verfvlekken van de vloer kunt poetsen! Dat kunnen ze, zeker weten.

Take away

Zes weken lang waren de scholen dicht. Zes weken waarin we geen live onderwijs konden verzorgen. Zes weken waarin we wekelijks op maandag thuis-speel-werkpakketjes maakten. Waarin we vlogs maakten. Vlogs waarin we instructie gaven over werk dat in de pakketjes zat (hoe plant je een boon, hoe hou je de groei van de boon bij, hoe maak je een schaduwtekening) waarin we gedichtjes voordroegen, voorlazen uit een lievelingsboek, rituelen van de klas lieten zien of tips gaven hoe je met weinig toch (thuis)onderwijs kunt verzorgen.

Er was dagelijks contact met de ouders van leerlingen. Elke dag stuurden we via de ouderapp een vlog en een voorleesfilmpje. Ook was er indien nodig persoonlijk contact met individuele ouders en kinderen.

Maar op woensdag was het alles anders. Op deze dag zagen we elkaar. Dan kwamen de kinderen hun pakketjes ophalen. Dan deed ik het grote raam van de klas open en werd ik net als de koffietentjes in de buurt ‘Take away’. Stipt om tien uur stond dan de eerste kleuter aan het raam.

En wat was het steeds ontroerend, gezellig, vrolijk, opbeurend en fijn om al die kleuters zo te kunnen ontmoeten. De eerste keren waren ze verlegen, maar al snel veranderde onze woensdagse ontmoeting in een soort drive-in onderwijs! En niet alleen omdat sommigen gewoon met hun fiets aan het raam kwamen (“Juf, kijk ik kan nu zelf fietsen!”).

Er werd van alles besproken aan het raam. Wiebeltanden en de week erop het gapende gat waar ooit de wiebeltand zat. Recepten van appeltaart, fruitsalades en huisgemaakte ‘Kapsalon’ werden gedeeld. (Die laatste maakte ik toch grote vreugde van mijn eigen kinderen meteen die avond zelf!) Maar ook lieten de kinderen mij hun thuiswerk zien. In de derde week deelden we bonen en zakjes aarde uit en lieten we in een vlog zien wat je ermee kon doen en hoe je de groei van de boon in een speciaal daarvoor gemaakt boekje kon bijhouden. De weken erna stonden er regelmatig kleuters met een boon in een bekertje aan mijn raam. We vergeleken mijn boon met die van hun en ze lieten me zien hoe nauwkeurig ze het groeiboekje bijhielden.

Ik bekeek meegebrachte klei-werkstukjes van de een week eerder meegegeven klei of moest raden welke vogel er getekend was nadat we een vogelzoekkaart in de pakketjes hadden gedaan. Maar ook kleuterzorgen werden besproken. (Kom ik ooit nog wel weer in jouw klas? Hoe moet dat nou als mama niet meer in de school mag komen? Waarom weet niemand hoe lang het gaat duren?)

De laatste ‘Take away woensdag’ was vorige week. Het was de beste ‘Take-away’ van alle woensdagen! Want er was goed nieuws: de scholen gaan weer open! Blije kleuters en veel opgeluchte ouders. Ook ik ben blij en opgelucht.

We zullen zien wat de komende tijd ons gaat brengen en hoe we ons onderwijs gaan vormgeven. Een ding is zeker: het Take away loket is gesloten en op elf mei openen we weer de deuren van onze school. Met kinderen, zonder ouders. Voor hen zal het nog wel een tijdje Take away blijven!

 

 

 

 

 

 

 

 

Coronamaandag

Het is weer maandag. Maandag tijdens de corona-crisis. Onderwijs op afstand, onderwijs aan kleuters op afstand. De eerste twee weken was het even zoeken maar inmiddels hebben we onze draai gevonden. Maandag is de dag waarop we bedenken wat we onze  kleuters de komende week zullen aanbieden. En ook de dag dat we thuis-speel-werkpakketjes klaarmaken.

Deze week zit er iets in voor spel (twee kleine poppetjes), iets om te knutselen en de fijne motoriek te oefenen (rietjes en touw om een ketting te maken), een memory-spel om zelf te maken (over de groei van de boon die we twee weken geleden mee gaven) en de kalender die normaal gesproken in de klas hangt (om de dagen van de week te oefenen).

Verder maken we op deze dag een aantal vlogs. Voor elke schooldag één. Vlogs waarin we instructie geven over bijvoorbeeld het maken van de ketting. Of we laten zien dat de sokken uit de wasmand sorteren eigenlijk gewoon een rekenles is. Ook lezen we elke dag een gedicht voor uit het prachtige boek ‘Ik wou dat ik een vogel was’. En natuurlijk verbinden we aan elk gedicht een passende taaloefening.

We hopen dat iedereen op deze manier ‘aan blijft staan’ en dat onze vlogs inspirerend zullen zijn. Dat we contact hebben én houden met alle kleuters en hun ouders is eigenlijk het belangrijkst. En gelukkig lukt dat!

Maar niets zo leuk als een klas vol echte kleuters! Dus hopelijk mag de school weer snel open. Offline onderwijs geven is toch echt t allerfijnst!

 

Drie kwartier

Het is maandag. Een maandag met wind. Met zon én regen. Met blauwe luchten én donkere wolken. September.

Op maandagochtend spelen we buiten van negen tot kwart voor tien, drie kwartier. Omdat we ons schoolplein moeten delen met zes kleutergroepen van de buurschool én twee groepen van een voorschool, kunnen we niet altijd zomaar even naar buiten en hebben we ons (een beetje) te houden aan een rooster.
Zo ook afgelopen maandag. Een septembermaandag met regen, zon, wind, blauwe luchten en donkere wolken.

Ons schoolplein is eigenlijk een beetje een rommeltje. Het is nog niet wat het zijn moet. De school staat midden in een soort bouwput, rondom staan hijskranen, rijden graafmachines af en aan en is er voortdurend werk in uitvoering. En op dagen als vandaag is er ook veel water. Water dat na een regenbui in grote plassen op het schoolplein blijft liggen.

Maar het is ‘onze’ tijd, dus jassen aan en gaan! Buiten spelen!

Er werd gespeeld met stoepkrijt. Aan de rand van de plassen werden de mooiste kleuren gemend en stoeptegels veranderden in kleurige kunstwerken. In de ‘verf’ die na het mengen ontstond werden allerlei  figuren en letters getekend en geschreven. En op de roze en paars gekleurde stoeptegels werd een unicorn-clubje opgericht, alleen toegankelijk voor kinderen met unicorn-laarzen en schoenen in bijpassende kleuren.

In de grootste waterplas lieten we bootjes drijven. En ontdekten we dat dat alleen kon wanneer de plas diep genoeg was. Bootjes volgelopen met water en modder drijven ook niet, die zinken meteen naar de bodem van de plas. We keken naar de wolken om te bepalen van welke kant de wind kwam en zagen dat de bootjes eigenlijk ‘de andere kant’ opwaaiden.

Bij een andere plas deden we wie het verst kon springen zonder natte voeten te krijgen en zagen we weerspiegelingen van de donkere wolken boven ons in de plas.

En toen het ineens héél hard ging regenen zochten we een plek om droog te blijven: we schuilden voor de regen. We moesten wel dríe keer schuilen deze ochtend! Aan het eind van de regenbui liepen we weer naar buiten en werden we zomaar getrakteerd op een prachtige regenboog!

Inmiddels liep onze buitenspeeltijd ten einde en was het tijd om naar binnen te gaan. Drie kwartier gespeeld, geleerd en keihard gewerkt aan ontelbaar veel doelen. Gewoon op het schoolplein, in de wind. Met zon en regen. Met blauwe luchten en donkere wolken. En een regenboog toe!

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

IMG_E5706

Hij is fan van Ajax.

Hij is fan van Ajax.

Hij is zes jaar en zit in groep 2.
Hij was erbij toen Ajax in de Johan Cruijff Arena Juventus versloeg. Juventus! Vol vuur vertelt hij hoe Ajax de beker won en vier doelpunten scoorde. “Vier juf, wel vier hè!” Hij kan niet wachten tot woensdagavond. Want dan moeten ze tegen ‘Totten…eh…spurs’. Hij gaat kijken. “Dat mag ik van mijn vader!”

Hij is fan van Ajax.

Hij houdt van voetbal en van bewegen. Hij ligt liever op de grond als ik een verhaal voorlees of hangt ondersteboven op de bank als we in de kring een spelletje doen. Stilzitten vindt hij niks.

Slenteren door de klas en rondjes lopen door de hal, daar houdt hij van. Van hier en daar een praatje maken. En intussen vergeten waar hij eigenlijk mee bezig was. Van opdrachten en taakjes van de juf moet hij niks hebben. Kijkt gewoon de andere kant op als de juf zijn naam noemt. Of nog vaker moet hij ineens héél nodig plassen. Soms wel twintig keer per dag. En opruimen daar doet hij al helemaal niet aan.

Hij is fan van Ajax.

Of hij een voetballer wilde maken van ‘hamertje-tik’, vroeg ik hem. Een Ajax-voetballer misschien? Dat wilde hij wel en hij wist ook meteen welke speler het moest worden: “Lasse Schöne, want die is echt goed!”

Gemotiveerd ging hij aan de slag. Zocht geconcentreerd naar rode en witte figuurtjes, telde het aantal spijkertjes dat hij nodig had en overlegde met mij over de grootte van het hoofd. Want het moest wel lijken natuurlijk!

Toen het af was maakten we er twee kopieën van. Eén om in de kring op te hangen en één om mee naar huis te nemen.

Daarna schreef hij op een strook papier ‘LASSE SCHÖNE’. Na een paar keer de naam ‘Lasse’ uitgesproken te hebben herkende hij letters van zijn eigen naam. Zelfverzekerd schreef hij de L en de A. “Makkie, die zijn van mijn naam!” De S kon hij ook: “Die weet ik gewoon.” ‘SCHÖNE’ bleek lastiger maar hij liet zich niet uit het veld slaan. Als juf het even voorschreef dan kon hij het naschrijven.

Hij was nog niet klaar. “Ik weet zijn nummer, dat moet er ook bij!” Hij zocht de cijferstempels, het stempelkussen en een blaadje en stempelde het nummer. Hij schreef bij het nummer nóg maar een keer de naam van Lasse. Voor de zekerheid.

Hij is fan van Ajax.

Hij werkte aan één stuk door. Gemotiveerd, geconcentreerd, gefocust. Ging nul keer naar het toilet. Wist heel goed waar hij mee bezig was. Liet zich door niets of niemand afleiden. Zelfverzekerd en trots.

Hij is fan van Ajax.

En ik van hem!

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

 

 

 

 

 

Een hart van goud.

Een vergeten blogje! Geschreven in de laatste week voor de zomervakantie van 2018, maar helemaal vergeten te publiceren. Dus bij deze, zo vlak voor de kerstvakantie, alsnog dit blog!

 

Een hart van goud en een ‘kusje-van-de-juf’. Deze kiezels hebben het in zich!

Vrijdag, als de zomervakantie eindelijk begint en we afscheid van elkaar zullen nemen, mag iedereen er eentje uitkiezen en mee naar huis nemen.

En tot die tijd worden ze steeds opnieuw opgepakt, voorzien van nog meer liefde en overladen met heel veel kleuterkusjes.

Was het maar vast vrijdag!

 

 

 

In de put.

 

Schoolpleinen en putten…. Meestal geen goede combinatie. Er zitten altijd dingen in die er niet in horen. Zand uit de zandbad, stokjes, zwerfvuil, steentjes, knikkers en meer van die dingen. Vaak per ongeluk daar terecht gekomen, maar nog vaker door kleine kleutervingertjes erin gepropt!

Zo ook op ons plein. Met als gevolg dat er na elk klein regenbuitje direct grote plassen ontstaan. Plassen waar je dan wél weer heerlijk in kunt spelen. Een geluk bij een ongeluk!

Vandaag namen we een grote doos stoepkrijt mee naar buiten. De saaie plas toverden we om in een prachtige regenboogplas. De hele doos krijt verdween in het water.

Als je heel voorzichtig met een stokje door het gekleurde water ging kon je de mooiste vormen maken. Het rode en blauwe krijt zorgde samen voor paars water en door wild te roeren kreeg je lekkere bruine soep!

Bij de gele plas was zoveel krijt gebruikt dat er rondom de plas een soort verflaag lag, perfect om een spoor mee te maken.

In de middag was al het water weer verdwenen. In de put. Maar overal op het plein zagen we nog de vrolijke sporen van onze kleurrijke ochtend!

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

IMG_3431.JPG