Rekendruppels

De afgelopen week werden we tijdens het buiten spelen regelmatig overvallen door een flinke stortbui. Zo snel als ze kwamen, verdwenen ze ook weer. Sommigen kinderen schuilden tijdens zo’n bui even in het speelhuisje, anderen renden snel naar het halletje en bleven warm en droog wachten tot de bui over was. En een paar keer werden we aan het eind van zo’n bui ook nog getrakteerd op een mooie regenboog!

Na zo’n flinke bui druppelt het op ons plein nog een hele tijd na. Het grote balkon dat over de breedte van het hele plein hangt, is daar de oorzaak van.

Terwijl de kinderen tussen de druppels speelden, haalde ik een stapel emmers uit de schuur en deed ik voor hoe je ze in het emmertje kon opvangen. We kwamen emmers tekort want dit wilde iedereen wel!

Er werden druppels geteld, gekeken wie meer of minder had, in welke emmers de meeste druppels waren gevallen, in welke de minste. Er waren volle emmers, emmers die leeg waren of waar evenveel druppels in gevallen waren. Een volle emmer is zwaarder dan een lege emmer en een emmer zonder druppels weegt veel minder, die is licht. Er waren druppels die snel druppelden, je had langzame druppels, grote en kleine. Ontelbaar veel rekenbegrippen passeerden de revue.

Ik hou van buiten spelen. Buiten, waar een regenbui zomaar kan veranderen in een rekenles en regendruppels gewoon veranderen in rekendruppels!

Drie kwartier

Het is maandag. Een maandag met wind. Met zon én regen. Met blauwe luchten én donkere wolken. September.

Op maandagochtend spelen we buiten van negen tot kwart voor tien, drie kwartier. Omdat we ons schoolplein moeten delen met zes kleutergroepen van de buurschool én twee groepen van een voorschool, kunnen we niet altijd zomaar even naar buiten en hebben we ons (een beetje) te houden aan een rooster.
Zo ook afgelopen maandag. Een septembermaandag met regen, zon, wind, blauwe luchten en donkere wolken.

Ons schoolplein is eigenlijk een beetje een rommeltje. Het is nog niet wat het zijn moet. De school staat midden in een soort bouwput, rondom staan hijskranen, rijden graafmachines af en aan en is er voortdurend werk in uitvoering. En op dagen als vandaag is er ook veel water. Water dat na een regenbui in grote plassen op het schoolplein blijft liggen.

Maar het is ‘onze’ tijd, dus jassen aan en gaan! Buiten spelen!

Er werd gespeeld met stoepkrijt. Aan de rand van de plassen werden de mooiste kleuren gemend en stoeptegels veranderden in kleurige kunstwerken. In de ‘verf’ die na het mengen ontstond werden allerlei  figuren en letters getekend en geschreven. En op de roze en paars gekleurde stoeptegels werd een unicorn-clubje opgericht, alleen toegankelijk voor kinderen met unicorn-laarzen en schoenen in bijpassende kleuren.

In de grootste waterplas lieten we bootjes drijven. En ontdekten we dat dat alleen kon wanneer de plas diep genoeg was. Bootjes volgelopen met water en modder drijven ook niet, die zinken meteen naar de bodem van de plas. We keken naar de wolken om te bepalen van welke kant de wind kwam en zagen dat de bootjes eigenlijk ‘de andere kant’ opwaaiden.

Bij een andere plas deden we wie het verst kon springen zonder natte voeten te krijgen en zagen we weerspiegelingen van de donkere wolken boven ons in de plas.

En toen het ineens héél hard ging regenen zochten we een plek om droog te blijven: we schuilden voor de regen. We moesten wel dríe keer schuilen deze ochtend! Aan het eind van de regenbui liepen we weer naar buiten en werden we zomaar getrakteerd op een prachtige regenboog!

Inmiddels liep onze buitenspeeltijd ten einde en was het tijd om naar binnen te gaan. Drie kwartier gespeeld, geleerd en keihard gewerkt aan ontelbaar veel doelen. Gewoon op het schoolplein, in de wind. Met zon en regen. Met blauwe luchten en donkere wolken. En een regenboog toe!

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

IMG_E5706

In de put.

 

Schoolpleinen en putten…. Meestal geen goede combinatie. Er zitten altijd dingen in die er niet in horen. Zand uit de zandbad, stokjes, zwerfvuil, steentjes, knikkers en meer van die dingen. Vaak per ongeluk daar terecht gekomen, maar nog vaker door kleine kleutervingertjes erin gepropt!

Zo ook op ons plein. Met als gevolg dat er na elk klein regenbuitje direct grote plassen ontstaan. Plassen waar je dan wél weer heerlijk in kunt spelen. Een geluk bij een ongeluk!

Vandaag namen we een grote doos stoepkrijt mee naar buiten. De saaie plas toverden we om in een prachtige regenboogplas. De hele doos krijt verdween in het water.

Als je heel voorzichtig met een stokje door het gekleurde water ging kon je de mooiste vormen maken. Het rode en blauwe krijt zorgde samen voor paars water en door wild te roeren kreeg je lekkere bruine soep!

Bij de gele plas was zoveel krijt gebruikt dat er rondom de plas een soort verflaag lag, perfect om een spoor mee te maken.

In de middag was al het water weer verdwenen. In de put. Maar overal op het plein zagen we nog de vrolijke sporen van onze kleurrijke ochtend!

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

Deze slideshow vereist JavaScript.

 

IMG_3431.JPG

 

 

In de buurt

Een tijdje terug maakten we een eerste lentewandelingetje door onze buurt. De buurt van onze school en de buurt waar de meeste kinderen én ikzelf wonen. De zon scheen en eindelijk konden we naar buiten zónder mutsen, dikke sjaals en warme wanten. De echte winterkou was voorbij!

In het park maakten we een rondje en wat was er al veel te zien! Er bloeiden sneeuwklokjes en krokussen en ook de narcissen bloeiden bijna. De takken van de forsythia en de gele kornoelje zaten vol met gele bloesem en ook de magnolia zat vol knoppen. We zagen en hoorden koolmeesjes en merels, zagen een aalscholver zitten in het zonnetje en we keken naar de meeuwen die op een rijtje op een hek zaten. En in het slootje vlakbij school, zwommen eenden, meerkoeten en een waterhoentje.

Ik vertelde over de vogels en dat wanneer je stil bent je ineens veel meer vogeltjes hoort zingen. Dat wanneer je een narcis plukt, je wel een jaar moet wachten tot er weer een nieuwe bloem komt. En dat je niet moet rennen door het krokusveldje omdat ze dan stuk gaan en niemand er meer van kan genieten. Het was een fijne buitenles.

Terug op school praatten we nog wat na over de wandeling en maakten sommige kinderen er mooie tekeningen over.

Aan het eind van de dag toen ik door het park naar huis fietste, kwam ik één van mijn kleuters tegen. Samen met z’n oudere broer rende hij door het park. Toen hij mij zag riep hij al van verre dat hij z’n broer de sneeuwklokjes ging laten zien. En later thuis, toen ik vanachter het raam het park in keek, zag ik in de verte nóg een kleuter. Met z’n grote nicht maakte hij een wandelingetje door het park. Aan z’n gebaren kon ik zien dat hij haar vertelde over de krokussen. Hij deed voor hoe je er heel voorzichtig tussendoor kunt lopen zonder de bloemetjes te beschadigen. Toen zijn oog viel op een paar narcissen die al wel in bloei stonden, kon hij de verleiding niet weerstaan en plukte hij toch heel voorzichtig één bloem.

Wat is het toch leuk om dicht bij je werk te wonen!

 

 

 

Een koud kunstje

Buiten spelen kan altijd!

Ook vandaag toen het ijzig koud was en de sneeuw van gisteren was veranderd in hoopjes ijs vastgevroren aan de tegels van het schoolplein.

Dik ingepakt gingen we naar buiten. Bezems, een paar emmers en een kruiwagen, meer hadden we niet nodig.

Het ijs werd vakkundig in mootjes gehakt door een groepje kleuters. Anderen verzamelden brokken ijs die door de kinderen van groep 5 waren achtergelaten nadat ook zij hadden geprobeerd de ijsberg in stukken te hakken. Er werd hard gewerkt, niemand had het koud! Er was een heel duidelijk gezamenlijk doel: dit ijs moest naar de watertafel in onze klas.

Het verzamelde ijs werd in de kruiwagen geladen en richting de deur gereden. Met vereende krachten werd die over de hoge drempel getild en daarna liepen we in optocht naar de klas. Onder luid gejoel werd het ijs in de watertafel gekieperd waarna de ijsbeer met haar jong een plekje kreeg op een modderige ijsberg.

Missie volbracht. Het was een koud kunstje!

 

 

 

 

Ruige rijp

Wat was het mooi buiten gisterochtend! Mijn dagelijkse fietstochtje van huis naar school ging door het park, tussen en onder prachtige witte bomen door.

Al genietend ontstond het idee van een winterwandelingetje met mijn kleuters.

Toen de kinderen binnenkwamen ging het als vanzelfsprekend over ‘de sneeuw’ die ze buiten hadden gezien.

Een paar kinderen wisten héél zeker dat het sneeuw was. Onmogelijk volgens anderen, want dan is het óveral wit. Ook de temperatuur en of het wel of niet zou vriezen werd besproken evenals het ijs op de sloot waar een eendje op stond, de mist die iemand onderweg naar school vanuit de auto had gezien en de bevroren plas op de brug.

Hoogste tijd om naar buiten te gaan. Ik had een klein rondje om de school in gedachten. Maar onverwachts bood een collega die even zonder kinderen was haar hulp aan en kon ik het rondje uitbreiden met een rondje park!

Samen gingen we op pad. Het was prachtig buiten. Alles wat we tegenkwamen was bedekt met kleine witte naaldjes. De kinderen zagen er cactussen in en inderdaad daar leek het op.

De kinderen beleefden plezier aan het aanraken van takken waardoor de naaldjes naar beneden vielen en verbaasden zich over de hoeveelheid naaldjes die overal opzat. Mijn collega en ik wezen hen op koolmeesjes die boven ons in de bomen op de takken heen en weer hipten, een brutale ekster boven op een schutting, een oud nest tussen de takken van een gouden regen en de prachtig berijpte dennen in het park.

We genoten allemaal!

Na een half uur kreeg iedereen het koud, had er iemand honger en moest er geplast worden. Tijd om terug te gaan. Alleen hadden we op één vraag nog steeds geen antwoord: als ‘dat witte’ geen sneeuw is, wat is het dan wel?

Op school bekeek ik samen met een paar geïnteresseerde kleuters de foto’s die ik onderweg had gemaakt. In de informatieboeken over de winter die we in de klas hadden konden we er niks over vinden.

“Je moet het gewoon even Googlen  juf!” Mijn eigen kennis reikte tot aan aanvriezende mist. En terwijl we mijn foto’s vergeleken met de foto’s van aanvriezende mist op Google, ontdekten we dat al die kleine naaldjes van ijs ‘ruige rijp’ heet. Ruige rijp, daar hadden we nog nooit van gehoord, ook de juf niet.

Wat een zinvolle ochtend en wat is er toch altijd veel te leren gewoon met wat voor handen is. Vandaag was het ‘ruige rijp’. Wie weet wat de dag van morgen ons weer brengt!